- Het IMF verwacht nagenoeg geen economische groei dit jaar voor Duitsland.
- Voor Nederland wordt met name in 2025 een goed jaar verwacht.
- Voor de VS zijn de economen vooral positief over de groei in 2024.
- Lees ook: VS moet staatsschuld terugdringen, oordeelt IMF: ‘Anders komt wereldeconomie in gevaar’.
Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) heeft zijn groeiverwachtingen voor Duitsland stevig verlaagd, wat ook de voorspelde groei voor de eurozone als geheel raakt. Over de economische groei in de Verenigde Staten is de organisatie voor financiële stabiliteit juist aanmerkelijk optimistischer geworden, terwijl het beeld voor Nederland niet heel veel is veranderd.
In buurland Duitsland, waar de industrie het moeilijk heeft, valt de groei van de economie dit jaar waarschijnlijk helemaal stil. Bij zijn laatste grote raming in juli voorzag het fonds nog een bescheiden groei van 0,2 procent. Volgend jaar zou er wel 0,8 procent groei inzitten, maar dat is 0,5 procentpunt slechter dan eerder verwacht.
Mede door deze fikse verlagingen heeft het IMF zijn voorspellingen voor de eurozone met respectievelijk 0,1 en 0,3 procentpunt bijgesteld, waardoor er dit jaar 0,8 procent en volgend jaar 1,2 procent groei zou zijn.
Duitse economie kwakkelt
Duitsland is Nederlands belangrijkste handelspartner, maar het IMF denkt niet dat ons land de oosterburen achternagaat. Hier wordt voor dit jaar 0,6 procent en volgend jaar 1,6 procent groei verwacht. Eerder ging het IMF nog uit van plussen van 0,7 en 1,5 procent.
IMF-hoofdeconoom Pierre-Olivier Gourinchas legt in een toelichting uit dat er grote verschillen zijn tussen landen. Hij noemt bijvoorbeeld een zwakkere binnenlandse vraag in China en een buitensporige vraag in de VS. In de grootste economie ter wereld wordt dit jaar wel 2,8 procent groei voorzien, al zal die groei daar volgend jaar weer afnemen.
Over de gehele linie is de wereldeconomie volgens Gourinchas buitengewoon veerkrachtig gebleven. De verwachting is dat de groei stabiel blijft op 3,2 procent in 2024 en 2025. Daarmee is de raming gelijk aan die in april en voor volgend jaar 0,1 procentpunt lager dan die in juli.
"De daling van de inflatie zonder een wereldwijde recessie is een grote prestatie", vindt de Fransman. Maar wanneer hij verder vooruitkijkt, is het beeld volgens hem minder rooskleurig. Daarmee ligt er volgens hem een belangrijke opgave bij bijvoorbeeld overheden om te kijken of ze hun economie productiever kunnen maken en handelsbelemmeringen kunnen vermijden.
"Helaas blijven de groeivooruitzichten voor over vijf jaar teleurstellend, met 3,1 procent het laagste in decennia. Hoewel dit grotendeels te wijten is aan de zwakkere vooruitzichten voor China, zijn de middellangetermijnperspectieven in andere regio's, waaronder Latijns-Amerika en de EU, ook verslechterd."